Andinobates fulguritus

 Andinobates fulguritus (Silverstone 1975)

13-17mm Zwart kikkertje met dikke metalic groene, mintgroene of gele lijnen. Het lijnenpatroon doet sterk denken aan ventrimaculatus achtigen. Midden over de rug loopt een geheel of onderbroken lijn van de neus tot de achterpoten, parallel hieraan lopen de dorsolaterale lijnen. Op de flanken en onderkaak zijn eveneens groene lijnen aanwezig. De poten zijn in dezelfde kleur als de strepen op de rug en hebben zwarte vlekken. De buikzijde is gemarmerd in zwart en groen, geel of blauwgroen.

Geografische variatie:

Populaties in Panama zijn groen tot mintgroen en hebben een blauwe marmertekening op de buik. De meeste Colombiaanse populaties zijn geler van kleur.

Verspreiding:

Panama, vanaf Valle del Cauca tot langs de Pacifische kust van Colombia.

Ecologie:

De kikkertjes worden gevonden tussen het afgevallen blad op de bosbodem tot op enkele meters hoger op stammen van bomen in natte regenwouden. De mannetjes zorgen voor de legseltjes van 1 tot 3 eitjes die tussen het afgevallen blad worden gelegd en brengen de kikkervisjes op hun rug naar poeltjes in bladoksels van bromelias.

Het terrarium:

Een standaard kikkerbak van 40x40x40 cm lijkt voldoende voor een koppel of klein groepje van 3-4 dieren. Inrichting met bromelia’s is wel een vereiste.

Temperatuur:

24-28ºC overdag. ’s Nachts is een afkoeling van enkele graden wenselijk.

Groepsgewijs/paarsgewijs:

Zowel groepsgewijs als paarsgewijs is mogelijk.

Eieren:

Legsels bestaan uit 1 tot 4 eieren. Deze worden op een glad oppervlak gelegd aan de rand van wat water zoals een bromeliablad of filmrolkokertje.

Printen
Back To Top