Voeding
Voeding

Voeding

Gifkikkers voeden zich alleen met levende en bovenal bewegende prooien. De beweging van de prooi zorgt ervoor dat een kikker het als voedsel herkent en vervolgens toe zal happen. Omdat lang niet alle voedseldieren constant bewegen zijn ze niet altijd zichtbaar voor de kikker. Veel soorten kikkers, waaronder vele soorten gifkikkers, trillen met hun middelste teen om de bodem in trilling te brengen zodat stilzittende prooidieren zich gaan bewegen en hierdoor zichtbaar worden. Eenmaal zichtbaar zal de kikker zich hierop fixeren en de prooi grijpen met hun klevende tong. 

Fruitvliegen (Drosophila melanogaster en Drosophila hydei)
Fruitvliegen (Drosophila melanogaster en Drosophila hydei)

Fruitvliegen (Drosophila melanogaster en Drosophila hydei)

Bij de meeste hobbyisten bestaat een groot deel van het dieet van hun gifkikkers uit fruitvliegen. Fruitvliegen zijn gemakkelijk verkrijgbaar in de gespecialiseerde detailhandel evenals bij medehobbyisten. Het kweken van fruitvliegen is erg eenvoudig. Een groot voordeel daarbij is dat de vliegen een korte voortplantingscyclus hebben en een grote hoeveelheid aan nageslacht produceren. Eén vlieg kan per dag wel 100 eitjes leggen, die zich bij een temperatuur van rond de 24 ̊ C het snelst ontwikkelen. 

Kweken met de kleine fruitvlieg
Kweken met de kleine fruitvlieg

Kweken met de kleine fruitvlieg

(een recept van Xander Valkenburg)

Deze fruitvliegensoort geeft een minder grote opbrengst dan de grote fruitvlieg. Toch wordt deze soort veel gekweekt om zijn formaat. Vooral voor kleine soorten gifkikkers en natuurlijk jonge kikkers zijn de grote fruitvliegen namelijk gewoonweg te groot. Het kweken van kleine fruitvliegen biedt dan uitkomst. Voor een eenvoudige kweekmethode zijn de volgende materialen nodig:

Kweken met de grote fruitvlieg
Kweken met de grote fruitvlieg

Kweken met de grote fruitvlieg

(een recept van Jeroen v. d. Steen)

Deze fruitvliegensoort is waarschijnlijk het meest gekweekte en gevoerde voedseldier binnen de gifkikkerhobby. Voor een eenvoudige kweekmethode zijn de volgende materialen nodig:

Springstaartjes (Folsomia candida en Collembola sp.)
Springstaartjes (Folsomia candida en Collembola sp.)

Springstaartjes (Folsomia candida en Collembola sp.)

Binnen de gifkikkerhobby worden meerdere soorten springstaartjes gekweekt om als voer te dienen voor kleine kikkersoorten en jonge kikkers. De meest gekweekte soorten zijn de inheemse springstaart Folsomia candida en de tropische springstaart Collembola sp.. De inheemse springstaart is de kleinste van de twee en wordt niet groter dan 1,5 tot 2 mm. De tropische springstaart wordt ongeveer 2 tot 2,5 mm groot.

Bladluizen (Acyrthosiphon pisum, Megoura viciae & Diuraphis noxia)
Bladluizen (Acyrthosiphon pisum, Megoura viciae & Diuraphis noxia)

Bladluizen (Acyrthosiphon pisum, Megoura viciae & Diuraphis noxia)

Steeds meer hobbyisten zweren bij het voeren van bladluizen omdat ze hiermee betere kweekresultaten behalen. In de hobby worden om die reden al zeker drie soorten bladluizen veelvuldig gekweekt om als voedseldieren te dienen. De kweek met deze soorten is zeer eenvoudig, maar het vergt wel een hoge mate van discipline om de continuïteit te behouden. In een goed lopende kweek zijn bladluizen zeer productief, waardoor ze zeer geliefd zijn geworden onder hobbyisten.

Tropische pissebedden (Trichorhina tomentosa)
Tropische pissebedden (Trichorhina tomentosa)

Tropische pissebedden (Trichorhina tomentosa)

Deze tropische pissebed is met name een zeer geschikte soort om te kweken als voedseldier omdat het pantser niet zo hard is in vergelijking met andere soorten pissebedden. Met een formaat van maximaal 5 mm is het formaat ook ideaal voor veel van onze gifkikkers. De kweek van tropische pissebedden is uitermate eenvoudig en vergt eigenlijk vooral geduld. Explosief vermeerderen doen deze pissebedden namelijk niet.

Motten (Plodia interpunctella en Achroia grisella)
Motten (Plodia interpunctella en Achroia grisella)

Motten (Plodia interpunctella en Achroia grisella)

Zowel de kleine wasmot (Achroia grisella) als de Indische meelmot (Plodia interpunctella) worden veelvuldig gekweekt om als voedseldier te dienen. Kweken met deze motten is erg eenvoudig en kost weinig tijd. Hierdoor is het een ideaal voedseldier om afwisseling in het dieet van de kikkers mee aan te brengen. Vooral de larven van de motten worden gebruikt om de kikkers mee te voeren, maar ook de motten mogen gevoerd worden.

Ovenvisjes (Thermobia domestica)
Ovenvisjes (Thermobia domestica)

Ovenvisjes (Thermobia domestica)

Ovenvisjes zijn kleine vleugelloze insecten die tot 12 mm groot kunnen worden. Ze zijn verwant aan de plaagvormende zilvervisjes die zich vaak in huizen vestigen. Het voordeel van ovenvisjes is dat deze alleen bij zeer warme omstandigheden kunnen overleven. In ons huisklimaat kunnen ontsnapte dieren om die reden nooit een plaag vormen. In combinatie met het gemak waarmee ze op hoge temperaturen te kweken zijn, zorgt dit ervoor dat ovenvisjes graag door hobbyisten gekweekt worden als aanvulling op het dieet van kikkers.

Graanklanders (Sitophilus granarius)
Graanklanders (Sitophilus granarius)

Graanklanders (Sitophilus granarius)

De graanklander is een kever uit de familie van snuitkevers. Deze soort wordt slechts 3 tot 5 mm groot. Het kleine formaat, en het feit dat deze soort niet kan vliegen, maakt het een uitstekend geschikte keversoort om te kweken als voedsel voor kikkers. Vrouwtjes produceren elke dag twee of drie eitjes. Omdat ze dat gedurende meerdere weken doen produceren ze met gemak ruim honderd nakomelingen. Voor elk eitje prikt het vrouwtje een klein gaatje in een graankorrel en dekt deze daarna af.

Bonenkevers (Callosobruchus maculatus)
Bonenkevers (Callosobruchus maculatus)

Bonenkevers (Callosobruchus maculatus)

De bonenkever is een keversoort uit de familie van zaadkevers. Deze soort kan wel vliegen, maar vliegt over het algemeen niet veel. Omdat ze in zeer beperkte mate wegvliegen, zijn ze als voedseldier voor kikkers goed onder controle te houden. Vrouwtjes produceren gedurende hun volwassen leven van 7 tot 14 dagen, ruim 100 eitjes. De eitjes worden gelegd op een boon. Na 4 tot 8 dagen boort de larve zich de boon in.

Rijstmeelkevers (Tribolium confusum)
Rijstmeelkevers (Tribolium confusum)

Rijstmeelkevers (Tribolium confusum)

Rijstmeelkevers zijn kleine plaagvormende kevertjes die voorkomen in graanproducten zoals bloem. Deze 4 mm grote kevertjes vliegen niet, zijn gemakkelijk te kweken en zijn behoorlijk productief. Vrouwtjes van deze soort kunnen tot 2 jaar in leven blijven en leggen als jong volwassen dieren de meeste eieren, tot wel 400 gedurende hun leven. Omdat de kweek ervan weinig tijd en moeite kost, is het absoluut een aanrader om hiermee voldoende variatie in het dieet van de kikkers aan te brengen.

Huiskrekels (Acheta domestica)
Huiskrekels (Acheta domestica)

Huiskrekels (Acheta domestica)

Er zijn verschillende soorten krekels in de handel verkrijgbaar, waarvan de huiskrekel de meest algemene soort is die men tegenkomt. Vanwege de goede verkrijgbaarheid worden krekels doorgaans niet door hobbyisten gekweekt. Te meer omdat het kweken van krekels stank en geluidsoverlast veroorzaakt. Hierdoor kiezen veel mensen ervoor om krekels in de winkel te kopen, waar verschillende maten aangeboden worden. Met name de kleinste maten zijn zeer geschikt als voer voor gifkikkers.

Vitaminen & mineralen
Vitaminen & mineralen

Vitaminen & mineralen

Van nature halen kikkers alle benodigde vitaminen en mineralen uit hun voeding, of ze maken deze zelf aan (vitamine D3) met behulp van uv-straling. In gevangenschap is het echter niet zo eenvoudig om aan de exacte behoefte van de dieren te voldoen. Er is een zeer beperkte hoeveelheid kennis over de hoeveelheid vitaminen en mineralen die kikkers nodig hebben gedurende hun verschillende levensfasen en waar ze deze stoffen van nature vinden.

Back To Top