Rijstmeelkevers (Tribolium confusum)

Rijstmeelkevers (Tribolium confusum)

Rijstmeelkevers zijn kleine plaagvormende kevertjes die voorkomen in graanproducten zoals bloem. Deze 4 mm grote kevertjes vliegen niet, zijn gemakkelijk te kweken en zijn behoorlijk productief. Vrouwtjes van deze soort kunnen tot 2 jaar in leven blijven en leggen als jong volwassen dieren de meeste eieren, tot wel 400 gedurende hun leven. Omdat de kweek ervan weinig tijd en moeite kost, is het absoluut een aanrader om hiermee voldoende variatie in het dieet van de kikkers aan te brengen. Tevens is een goed lopende kweek, die zeer weinig onderhoud vergt, handig om te hebben op momenten dat het kweken met andere voedseldieren minder goed verloopt. Helaas kunnen slechts de larven van rijstmeelkevers gevoerd worden aan de kikkers. Dit komt omdat de kevers een gas uitscheiden met een bittere smaak wanneer ze opgejaagd en/of opgegeten worden. Het gevolg is dat de kikkers de kevers vies vinden smaken. De kans bestaat dat na het proeven van een kever ook de larven niet meer gegeten worden. Ook is het erg belangrijk om te weten dat rijstmeelkevers, evenals de mijten die in de kweken voorkomen, allergieën kunnen veroorzaken (Alanko et al., 2000; Rudolph et al., 1987). Bij gevoeligheid voor allergieën is het om die reden raadzaam te werken in een goed geventileerde ruimte, de hoeveelheid stof zo veel mogelijk te beperken en eventueel een stofmasker en beschermingsbril te dragen. Bij astma is het risico te groot en kan beter voor de kweek met andere voedseldieren gekozen worden.

Kweken met rijstmeelkevers (een methode van Alan J. Cann)

Voor een eenvoudige kweekmethode zijn de volgende materialen nodig:

•             bloem

•             babymelkpoeder

•             fijne zeef

•             plastic opbergdoos

•             keukenpapier

•             nylonkous

•             elastiekje

•             entportie rijstmeelkevers

Meng vier delen bloem met één deel babymelkpoeder en gooi het door een fijne zeef in de plastic opbergdoos totdat er een laag van 5 tot 10 cm van het medium in de opbergdoos zit (afhankelijk van de diepte van de doos). De zeef zorgt ervoor dat er geen klontjes meer in het medium zitten die op een later moment vervelend in de weg zitten. Plaats op dit medium één of twee keukenpapiertjes en ent vervolgens de doos met een hoeveelheid rijstmeelkevers. Hoe meer kevers geënt worden in een nieuwe kweek, hoe voller de kweek met nieuwe larven zal komen te zitten. Keukenpapier is niet noodzakelijk voor de kweek, maar is vooral makkelijk wanneer er een hoeveelheid kevers moet worden gevangen om een nieuwe kweek te enten. Pak dan het keukenpapier, waarop zich veel kevers verzamelen, en schud deze boven de nieuwe kweek uit. Gebruik om een nieuwe kweek te enten geen oude kevers die niet meer productief zijn, maar het liefst kevers van een oudere kweek waar op dat moment veel nieuwe kevers ontpoppen. Dek de plastic doos af met een nylonkous en een elastiekje zodat er voldoende luchtcirculatie mogelijk is. Een goed afsluitende deksel met een fijn rooster in het midden is ook een mogelijkheid. Volledig gesloten kweekjes hebben sneller last van mijten en schimmel. Zet de kweek warm weg. De cyclus van de rijstemeelkever is sterk afhankelijk van de temperatuur en duurt 1 tot 4 maanden. Experimenteer met temperaturen tussen de 20 en 30 °C om de gewenste snelheid van ontwikkeling op die manier te bepalen. Het is mogelijk om oude kweekjes aan de gang te houden door nieuw medium toe te voegen. Op de lange termijn is dit echter geen goed idee. Allergenen en mijten kunnen zich dan ophopen. Het beste is iedere 6 tot 12 maanden een nieuwe stamkweek op te zetten. Gooi de oude kweek weg wanneer de nieuwe kweek goed loopt. Omdat het een plaagdier betreft is het verstandig de oude kweek gedurende 24 uur in te vriezen, zodat alles dood gaat, voordat alles weggegooid wordt.

Voeren

Zoals hierboven reeds beschreven is het bij het voeren van de rijstmeelkevers van belang dat de larven van de kevers gescheiden worden. De makkelijkste manier hiervoor is een deel van het medium door een fijne zeef te gooien waarbij alle opgevangen larven en kevers vanuit de zeef weer terug in de kweek gegooid worden. Vang het medium dat door de zeef heen valt op in een andere plastic doos. In dit deel van het medium zitten eitjes en de allerjongste larven. Zet deze gedurende 3 weken warm weg zodat de eitjes en larven snel opgroeien tot grote larven. Zeef dit medium na deze tijd nogmaals zodat de larven uit het medium gehaald worden. Voer nu heel gemakkelijk de larven aan de kikkers in een klein (petri)schaaltje. Natuurlijk is het ook mogelijk om het medium te zeven, waarna met een pincet de grote larven tussen de kevers vandaan kunnen worden gepikt. Dat is echter een arbeidsintensieve methode.

Tip:

  • Als erg veel volwassen kevers zich ophopen in de kweek, dan kunnen deze het beste voor een groot deel uit de kweek worden verwijderd. Omdat oude kevers veel minder eierenleggen, en de volwassen kevers op de eitjes en larven kunnen kannibaliseren, is het goed om het keukenpapier met de kevers die erop zitten te verwijderen, en te vervangen met een nieuw keukenpapiertje. 

 

Printen
Back To Top