Worden dieren uit de EU verbannen? ~Unielijst Invasieve Exoten~

Begin juni is er vanuit de Samenwerkende Aquarium en Terrarium Organisaties (SATO) een reactie ingediend op de Unielijst Invasieve Exoten (Verordening EG1143/2014). Met deze verordening verbiedt de Europese Commissie de handel en houderij van uitheemse plant- en diersoorten die mogelijk schade opleveren voor de inheemse natuur. Omdat dit handelsverbod invloed heeft op de toegestane soorten binnen de aquarium- en terrariumhobby is het belangrijk om de achtergrond en werking van dit beleid te begrijpen. In dit artikel leest u ook hoe bestaande conflicten tussen terrariumverenigingen en Europese beleidsmakers kunnen worden opgelost.

 

Achtergrond van het beleid

Een invasieve exoot wordt gedefinieerd als een niet inheems organisme welke zich na introductie door menselijk toedoen blijvend vestigt, snel kan vermeerderen en de inheemse natuur schade toebrengt[1]. Tot de groep invasieve exoten behoren verschillende dieren en plantensoorten, maar ook micro-organismen zoals virussen en schimmels. In de Unielijst Invasieve Exoten worden invasieve micro-organismen echter niet genoemd. De voor onze hobby relevante dierziekten zoals de chytridschimmel en het ranavirus vallen dus buiten beschouwing, maar zijn wel een goede reden om voor dieren uit nakweek te kiezen.
Door handel en incidentele vrijlating door consumenten ontvangen invasieve exoten de afgelopen jaren meer aandacht vanuit de media. Zo raakten de Japanse Duizendknoop (Fallopia japonica) en de zonnebaars (Lepomis gibbosus) al vrij snel bekend als plagen voor de Nederlandse natuur. Ook werd de verkoop vanuit tuincentra aan banden gelegd om kwetsbare sloten tegen de grote waternavel (Hydrocotyle ranunculoides) te beschermen.
Om te voorkomen dat uitheemse soorten schade opleveren voor de inheemse natuur, economie en volksgezondheid, verzoekt de Europese Commissie haar lidstaten ook om risicobeoordelingen uit te voeren op mogelijk invasieve soorten. Als uit een risicobeoordeling blijkt dat een soort op de Unielijst moet worden opgenomen dan is het in Europese lidstaten verboden om deze nog langer als plant of gezelschapsdier te houden. Tegelijk worden lidstaten verplicht tot het opzetten van passende surveillance-systemen, inclusief uitroeiings- en beheersmaatregelen. Het bezitsverbod beschermt dus vooral tegen onvoorziene effecten van de handelsketen en verspreiding via onwetende consumenten.

Image

Afbeelding 1: Japanse duizendknoop woekert in het Beatrixpark te Amsterdam, foto: S. Bauer


Als natuurliefhebbers zullen terrariumhouders zich goed herkennen in de grondslag van het beleid. De Unielijst Invasieve Exoten levert immers een hulpmiddel tegen de insleep van groene woekeraars en veelvraten zonder natuurlijke concurrentie. Toch kent dit Europese beleid een conflict tussen twee denkkaders.

 

Denkkader van de EU

Het Europees denkkader richt zich op de bescherming van een goede milieutoestand door de invoer van strengere regels. Binnen ecologische kringen wordt immers al erkend dat er bij bepaalde invasieve soorten te laat is ingegrepen. Zo zijn de muskusrat (Ondatra zibethicus) en de reuzenberenklauw (Heracleum mantegazzianum) invasief geworden, met schade aan de Nederlandse economie en natuur. Ook de tuinbouw introduceerde plaagbestrijdende soorten als het Aziatisch lieveheersbeestje (Harmonia axyridis) met goede bedoelingen, maar nu is deze invasieve exoot niet meer te bestrijden zonder het gebruik van biociden of ingrijpende maatregelen. Met nieuwe regelgeving beschermt de Unielijst dus niet alleen tegen faunavervalsing maar ook tegen de bijkomende schade van bestrijdingsmiddelen.
De Unielijst verplicht lidstaten ook om sneller tegen invasieve soorten op te treden. Zeker wanneer de invasieve eigenschappen al zijn vastgesteld en beheersmaatregelen nog kostentechnisch haalbaar zijn, tolereert het Europese beleid geen excuus tot uitstel in het bestrijden van invasieve soorten. Met deze verplichtingen wordt hopelijk voorkomen dat geïntroduceerde soorten zich van een lokale plaag ontwikkelen tot grensoverstijgende problemen. Een verbod aan de poort klinkt daarmee zowel voor de ecologie als de internationale verstandhoudingen erg verstandig.

 

Denkkader van terrariumhouders

Maatregelen ter bescherming van de natuur leveren onder terrariumhouders doorgaans weinig weerstand op. Door een goede kennis van biologie begrijpen leden van aquarium- en terrariumverenigingen het mogelijke effect van ongewenste introducties. Wel vragen zij om een gespecialiseerde aanpak en wordt aangedrongen op een grondige herziening van knelpunten in de Unielijst.
Al sinds de start van de Unielijst roepen deskundigen in zowel de plant- als diersector om een geregionaliseerde aanpak[2]. Doordat plant- en diersoorten niet buiten hun eigen niche overleven, kunnen zij namelijk alleen in bepaalde klimaatregio’s voor overlast zorgen. Zo hebben tropische vissen, reptiel- en amfibiesoorten boven de 45-graden grens Noorderbreedte nauwelijks kans tot overleving of verspreiding. Met deze dierfysiologische kennis ligt een regionalisering voor de hand en uit de oproep tot regionale beheersmaatregelen met buurlanden blijkt dat ook beleidsmakers de relatie zien tussen klimaatzones en invasieve verspreiding. De Europese Commissie geeft zelfs aan dat, als zij van mening is dat een soort niet op de Unielijst hoeft te worden geplaatst, haar lidstaten middels Artikel 10, lid 7 toch een geregionaliseerd verbod kunnen afdwingen. Helaas wijst de Europese commissie een geregionaliseerde vrijstelling juist weer af, waardoor deskundige terrariumhouders ervaren dat diersoorten, welke in hun land geen verspreidingsrisico dragen, onnodig worden verbannen.

 

De ideologische discussie

Meerdere aquarium- en terrariumspecialisten zien de beslissingen op EU-niveau als kenmerken van een polariserend discours. De publieke media bestempeld exotische dieren namelijk al jaren als invasief, gevaarlijk en maatschappelijk onwenselijk. De roodwangschildpad Trachemys scripta elegans en geelwangschildpad Trachemys scripta scripta worden bijvoorbeeld onterecht neergezet als invasieve exoot. Hoewel er in onze streken nooit nakomelingen van deze soorten zijn waargenomen, wekken diverse auteurs regelmatig de indruk dat deze schildpad hele leefgebieden van inheemse soorten overneemt[3]. Hiermee benutten zij het dier als symbolisch probleemgeval, zonder aandacht voor de feiten maar tot genoegen van hun lezers.

Image

Afbeelding 2: Ook kennisinstellingen vertellen spannend over honderden gevaarlijke schildpadden, bron: wur.nl


Zoals de Raad voor Dieraangelegenheden aangeeft, is dierwelzijn een kwetsbare waarde en kan de maatschappij deze enkel gezamenlijk beschermen. Vooral daarom is het een probleem als negatieve beeldvorming doorlekt naar formele beleidskringen en professionele relaties onder spanning zet. Een toenemende polarisatie doet immers enkel afbreuk aan de toch al kwetsbare dialoog. Dit schaadt niet alleen de vertegenwoordiging van terrariumdeskundigen en biologen in het Europees beleid, maar het verlaagt ook de ambities om samen aan oplossingen te werken.

 

Van debat naar dialoog

Om de Unielijst af te stemmen op de fysiologie van invasieve exoten vraagt de verordening om een beleidsvisie die de geregionaliseerde aanpak centraal stelt. Tegelijk dienen de onderlinge relaties snel te verbeteren. In het huidige beleid zorgt de mogelijkheid tot een geregionaliseerd verbod, maar het afwijzen van een geregionaliseerde vrijstelling namelijk voor een vreemde nasmaak.
Voor dierhouders boven de 45-graden grens ligt de zorg niet zozeer in het verlies van graag gehouden vissen, reptielen en amfibiesoorten, maar in het effect van een dominant media-frame op de relatie tussen terrariumspecialisten en beleidsmakers. Een maatschappelijk discours welke de geldigheid van argumenten afmeet aan hun zichtbaarheid in de media is immers niet geschikt om Europese beleidsmakers van een peilbaken te voorzien.
Voor een toekomstbestendig beleid leveren deep democracy werkvormen zoals de Delphi-methodologie een geschikte aanpak[4]. Met deze methode van de RAND organisatie worden conflicterende denkkaders besproken, verborgen standpunten inzichtelijk gemaakt en blijft feitelijke kennis leidend in een sterker polariserend landschap. In de komende periode geven experts van de Samenwerkende Aquarium en Terrarium Organisaties daarom nadrukkelijker aan dat een gelijke vertegenwoordiging van belanghebbenden vraagt om transparantie van ideologische kaders en aandacht voor soortspecifieke eigenschappen.


Sander Bauer
secretaris@gifkikkerportaal.nl

Met bijzondere dank aan dhr. W. Reinhold* en Prof. Dr. R.S.E.W. Leuven** voor hun bijdrage aan dit artikel middels persoonlijke interviews. Geuitte standpunten zijn die van de auteur en vertegenwoordigen niet noodzakelijk de visie van andere partijen. * Milieujurist. Voorzitter platform Stop invasieve exoten. ** Hoogleraar Invasiebiologie, Afdeling Dierecologie en -fysiologie, Radboud Universiteit. Nederlands vertegenwoordiger in het EU Scientific Forum on Invasive Alien Species. Voorzitter Nederlands Expertise Centrum Exoten. De huidige Unielijst is vindbaar via Bijlage 10 van de Regeling natuurbescherming.

 

--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

[1] https://www.nvwa.nl/onderwerpen/invasieve-exoten
 https://wiki.groenkennisnet.nl/display/BEEL/Invasieve+exoten
[2] https://www.nieuweoogst.nl/nieuws/2016/12/27/kookboek-als-bewijs-voor-schadelijke-exoten
[3] http://issg.org/database/species/ecology.asp?si=71
[4] Helmer-Hirschberg, Olaf, Analysis of the Future: The Delphi Method. Santa Monica, CA: RAND Corporation, 1967. https://www.rand.org/pubs/papers/P3558.html.

 

Printen
Back To Top